Het is ….. nog net niet te laat …!
De meeste van ons vinden vrijheid van meningsuiting ons grootste goed. ‘Vrijheid van meningsuiting of vrijheid van expressie is de vrijheid van burgers om hun overtuigingen in het openbaar kenbaar te maken zonder voor die mening door de staat bestraft te worden, of represailles van andere burgers te hoeven dulden. Dit omvat ook het recht informatie vrijelijk te mogen verzamelen en verspreiden.’
Het hebben en uiten van een mening, uitgedrukt in een beeldende werk, vallen dus ook onder dat recht. Wokers zijn het daarmee geregeld niet eens. Dat zijn vreemde snuiters, rechtlijnig, kortzichtig, onverdraagzaam, polariserend en gespeend van humor en fantasie. Zij willen het recht op vrijheid van meningsuiting inperken, als iets niet in hun steegje past.
Voorbeeld. De TU-Eindhoven haalde vijf schilderijen waarop ‘witte mannen in toga’s en vrouwen in jurken met een diep decolleté’, die daar al jaren hingen, van de muur. Scheikundestudente Laura van Hazendonk, die iemand kent, die twee anderen ook over deze schilderijen heeft horen praten, zegt: "Ik voel me er niet door geïntimideerd, maar ze geven me het signaal dat deze omgeving niet voor mij is." Iedereen, die deze schilderijen ziet, ziet de ironie, humor, spot en parodie nog steeds van de doeken afdruipen. De woker niet.
Voorbeeld: De expositie ‘Ode aan de Beemstervrouw' met achttien naaktportretten door kunstenaar Jeroen Hermkens in het stadhuis van de Gemeente Purmerend, waarin ‘het pure van de Beemster en de natuurlijke schoonheid van de vrouw’ centraal staan. De portretten moeten weg, omdat iemand of een paar iemanden vinden dat de geschilderde borsten aanstootgevend zijn. De geportretteerde vrouwen zelf spreken van verpreutsing en vertrutting.
Voorbeelden in de literatuur. Gerard Reve is een seksist, W.F. Hermans een racist en Bregje Hofstede en Alma Mathijsen willen niet met Herman Brusselmans, die het n-woord gebruikt, in één zaal. Boeken geschreven door vooral witte mannen of vrouwen, waaraan diversiteit en exclusiviteit niet inherent zijn, zijn verdacht en verdienen geen aandacht, waardering of een literaire prijs.
Wokers neem ik niet serieus. Maar, de ‘Bebelplatz’ en ‘Entartet’ komen zo wel héél dichtbij. Eerder dacht een minderheid ook goed en terecht voor een betere samenleving bezig te zijn en kwamen wij er pas achter, dat dat niet zo was, toen het al te laat was. Laten we deze keer leren van het verleden.
Roy S. Arts
Beste Roy,
Fijn dat je weer een mooie brief hebt opgesteld voor Cultura Venray. Een interessant onderwerp leg je ons voor de voeten. Je neemt hierin ook resoluut een houding en het klinkt alsof je mening in beton gegoten is. Allereerst wil ik je vertellen dat ik er zelf alles aan doe om te voorkomen dat ik generaliseer. En dan nog zal ik het soms onbedoeld doen. Daarom doen je stellingen me ook wat zeer moet ik bekennen. In de cultuursector hebben we hier ook een uitdaging aan. Er bestaat immers niet zoiets als ‘dè jongeren’ of ‘dè ouderen’ ‘dè kunstenaar’ of ‘dè muzikant’. Nu zijn er termen als Wokers en Boomers. Een negatieve verzamelnaam gelinkt aan een generatie en ik denk dat dit nooit de bedoeling mag zijn.
Je stelt dat je bepaalde mensen niet serieus neemt. Daarmee sluit je aan de voorkant al een gesprek of discussie, terwijl dit nou juist is wat kan leiden tot begrip, respect, samenwerking, en soms tot oplossingen. Ik lees ook dat je vergelijkingen maakt met Bebelplatz en Entartet. De acties waar je naar verwijst (boekverbrandingen en het vernietigen en verbieden van alle kunst welke niet voldeed aan het nationaalsocialistische regime) waren uitsluitend bedoeld om de kunstenaar de mond te snoeren.
Om te zorgen dat de geschiedenis zich niet herhaald, is het belangrijk dat we juist wel luisteren naar allen die iets te zeggen hebben. Of dit nou de kunstenaar is of de mensen die jij zegt niet serieus te willen nemen.
Betekent dit dan dat we de naaktportretten of de witte mannen in toga’s van de muur moeten halen als dit mensen stoort? Ik denk het niet. Of in ieder geval niet zomaar. Maar ik geloof wel dat we moeten luisteren. En dat we zeker serieus moeten nemen wat er speelt, en samen moeten zoeken naar een oplossing die voor iedereen goed is. Soms is dit een tegengeluid of een andere balans zoeken of misschien wel een andere plek. Wat in ieder geval nooit een oplossing kan en mag zijn is doodsbedreigingen sturen naar de schrijver van het kinderboekenweekgedicht zoals we recent zagen.
Geniet van de kunst en zie, voel, hoor en beleeft het waar het voor bedoeld is. Om van te genieten en het gesprek te starten of gedachten te laten vloeien.
Groet, Peggy